Psalmen 95:1-9

Petrus Canisius Vertaling (CANISIUS)

1

Komt, laat ons juichen ter ere van Jahweh, Jubelen voor de Rots van ons heil;

2

Laat ons met lofzangen voor zijn aangezicht treden, En onze liederen voor Hem zingen:

3

Want Jahweh is een machtige God! Hij is Koning, boven alle goden verheven:

4

Hij houdt in zijn hand de diepten der aarde, En de toppen der bergen behoren Hem toe;

5

Van Hem is de zee, Hij heeft ze geschapen, Het vaste land, dat zijn hand heeft gemaakt!

6

Komt, buigen en werpen wij ons neer, Knielen wij voor Jahweh, die ons heeft geschapen;

7

Want Hij is onze God, Wij het volk, dat Hij leidt, En de kudde aan zijn hand! Als gij dan heden mijn stem verneemt,

8

Verstokt uw hart als bij Meriba niet; Als op de dag van Massa in de woestijn,

9

Toen uw vaders Mij tartten en beproefden, Ofschoon ze mijn werken hadden aanschouwd!