Psalmen 122:1-5
Petrus Canisius Vertaling (CANISIUS)
1
Een bedevaartslied. Wat was ik verheugd, toen men zeide: "Wij trekken op naar Jahweh’s
2
En nu staan onze voeten Al binnen uw poorten, Jerusalem!
3
Jerusalem, als stad herbouwd, Met burgers, vast aaneen gesloten;
4
Waar de stammen naar opgaan, De stammen van Jahweh. Daar is het Israël een wet, De Naam van Jahweh te loven;
5
Daar staan de zetels voor het gericht, En het troongestoelte van Davids huis.